Geschenkbierglazen café Koekenbier |
Café Koekenbier aan de Govert Flinckstraat
was vanaf begin 60er een reuzenzaak! Elke dag in de avond stonden aan de toog stamgasten in zes rijen. Toen ik na café Mulder een jaar gefrequenteerd te hebben in 1965 de sprong naar Koekenbier waagde was een pint nog 50 cent, daarna bleef de prijs jarenlang op 60. Bedenk dat dit oude guldens zijn!
Het interieur was als van een slager, gelige siertegels maar met een lambrisering van een meter. Wie dit bedacht heeft weet ik niet maar er waren horecagelegenheden die er appetijtelijker uitzagen. Geen zorg, het pils was voortreffelijk en dat is de hoofdzaak. Men fluisterde dat in het achterlokaal het bier twee weken wilde rijpen...
De katholieke eigenaar was een welvarend man die ergens in Vinkeveen woonde maar in de zestiger nog boven de zaak, zijn zoon zat op het St.-Ignatiuscollege. Soms liet deze zich wel zien maar zijn vader hield daar niet van. Ouderwetse en degelijke gestrengheid: men moet rechtop blijven staan (niet hangen als op een elleboog bijv.), op zijn woorden passen en vooral achten een glas niet te breken. Dat zou gemakkelijk kunnen aangezien de toog van siersteentjes was. Later zal men ontdekken dat het goudgele vocht zo diep in het cement trok dat er een broeihaard van bacteriën is ontstaan. Ook de wasbak mocht niet meer van geel koper zijn. Mocht een stelletje wat dicht aanschuiven en kusjes uitwisselen dat vermaande de eigenaar toch maar vooral een portie leverworst te bestellen...
De toilet was armzalig klein, de pot was op slot. Als je op luide toon de sleutel moest vragen keek ieder op. Een meisje vroeg eens om een rol closet waarop de rol hoog boven het hoofd werd aangereikt. Niet zo fijn.
Maar alles draait om de pints, een goddelijke tijd! Meestal dronk ik er drie en daarvoor stond je bekend. Bij mij bijzonder aangezien ik op de Honda bromfiets een zeiljack aantrok dat bij de minste regendrupjes eruit zag alsof het hoosde. Men was ontzet als ik zo nat binnenkwam. Ik werd dan ook gekrijtstreept als Plastic.
Er lag steevast een Volkskrant in de hoek. Daarin las ik een groot gedeelte van de gepubliceerde encycliek Humanæ Vitæ (juli 1968). Zelf hield ik mij niet aan deze ouderwetse richtlijnen, alhoewel ik ook de mateloze gestrengheid door de paters Jezuïeten heb ondervonden, maar koos voor de vrijheid van/in de toenmalige existentialistische bevrijdingstijd.
Gerard Koekenbier aan het werk |
Er waren drie vaste kelners
De eerste was slaafs trouw aan zijn baas en werkte altijd perfect. Je moest hem zeker niet tegenspreken. Hij hertrouwde een volksvrouwtje uit De Cuyp. Hij woonde in Hoofddorp en reed VW. De tweede (L.W.) was wat losser en heeft in later jaren een scherpe draai gemaakt: ging werken bij Fred Looyen. Dat is hem duur te staan gekomen om zijn grote snor door eentje als Ko Gras mooi te worden bespot. Na de opheffing van deze zaak ging de man dalven.
De laatste kelner werd alcoholist en zag ik stomtoevallig eens in een TV-programma over dit maatschappelijk probleem.
De zaak had tevens een slijtvergunning. In flesjes van diverse maten kon je genever of vieux mee naar huis nemen. In de avond werd heel wat verkocht! Ze werden gevuld d.m.v. een koperen trechtertje dat ooit helaas ontvreemd is.
De sherry werd absurderwijs geschonken in een borrelglaasje. Wijn werd zelden verkocht. Bij Oosterling gaat wel heel wat meer over de toonbank!
Als snacks waren er een portie kaas en een portie leverworst. Vaak nam ik als afzakkertje een glaasje gekruid tomatensap.
Een vrouw zakte door de gammele stoel. De heer Koekenbier zweeg, niet zo galant.
Muziek was er gelukkig niet, de radio, op een amateuristisch gemonteerd plankje, stond wel eens op het nieuws.
Publiek van voornamelijk jongeren. Een hoofdleraar guitar Amsterdams conservatorium was ouder en rookte ook constant de Oude Van Nelle. Ik zag hem eind 70er nog strompelen in Buitenveldert maar hij was goed ziek. Musici van het Nederlands Blazers Ensemble met een schitterende vriendin. Edward en Anton, Louis en Rudy. Een heesstemmige en antisemitische zeeman die ging emigreren. Deze was het die beweerde dat de rampen met 200.000-olietonners te wijten zijn aan incompetentie. Als ook Sjors van Mulder voor de afwisseling.
Tegen het eind van het jaar kregen de vaste gasten een geschenkje. Dat waren de hier gepubliceerde bierglazen (geen pints!) in schier verschillende grootte en een kammetje in lederen schede. Ik heb ze zorgvuldig bewaard (zie onder).
Met Edward Pelsma
ben ik veel opgetrokken. Een aimabel man. We gingen ook per bromfiets naar een café aan de Maasstraat (Gouwe Gheijt?). Ook zag ik de toenmalige woning van zijn moeder niet veraf. Abondance d'objects.
Hij is bevriend met Louis zum Vörde sive Vörding (St-Ignatiuscollege, 1962) die niet zo contact met mij wilde hebben. Hésitation peut-être.
De welbespraakte student jura vaak gesproken. Met hem dronk ik ik de
pauze van de AG 1824 een sherry in de bodega aan het Leidseplein.
Ook sprak ik veel de vlakbij woonachtige (licht schizofrene) Paul Vogel.
Eenmaal de vermaarde fotograaf Philip Mechanicus (*1936) die juist daarvoor werd getoond in een film op de NCRV.
Toeval een werknemer van Bull gesproken die mij verklaarde dat er (~1965) noodzakelijke personeelsmutaties doorgevoerd waren.
Twee of drie potige jongemannen die ongewassen handen hadden van hun werk in de garage. Zo kregen de bierglazen olie-vingers want in de roodkoperen spoelbak was geen oplosmiddel.
Eenmaal zag ik mijn vader aan de toog maar verder geen contact.
Met vrouwen heb ik nimmer contact gehad aangezien dezen zelden of nooit alleen kwamen.
Alleen met Liesbeth Qack dronk ik daar wel een pilsje, ze had een mannenpantalon aan.
Ten slotte een wat seniele man die voortdurend "Ajax" knorde. Voornoemde student jura zei humoristisch dat het wel je noodlot is vlak naast een café te wonen...
Geschenkbierglazen café Koekenbier |
Geschenkbierglazen café Koekenbier |
Geschenkbierglazen café Koekenbier |
Andere Amsterdams vermaarde zaken met pints waren aanvankelijk Mulder, Het Sterretje en Hesp. Geleidelijk zullen deze glazen verdwijnen om bedrijfseconomische reden.
Nieuwjaarsgeschenkjes:
Kaartspel, nog als nieuw (medio 60er). Er zit een harte zes teveel in! |
Nauwelijks leesbaar na 50 jaar slijtage: kamfoedraal (medio 60er) |
Fun Lover's Guide to Surprising Amsterdam
By Tom Vincent
In co-op with KLM
©1969
Later Essay van 15-11-2013
8-6-2020 FLG p 158-9 toegevoegd
Toevoeging: laatste alinea, februari 2019, twee nieuwjaarsgeschenken 5-1-2020
Eerder essay van 17-1-2010
http://josh-uil.blogspot.nl/2013/11/cafe-koekenbier-is-voorgoed-weg.html
BeantwoordenVerwijderenEerder artikel over Koekenbier.
Op 14 november 2008 vernam in de zaak dat de ouwe Koekenbier reeds 94 is geworden, ook zijn vrouw leeft nog.
BeantwoordenVerwijderenOnjuist gebleken, zie onder.
VerwijderenMevr. Maria Koekenbier-Brox is 88 jaar.
BeantwoordenVerwijderenEerder artikel:
BeantwoordenVerwijderen26 november 2013
Café Koekenbier is voorgoed weg
Alinea "Met..." ingevoerd op 4 februari 2019.
BeantwoordenVerwijderenCafe koekenbier..ik mocht jaren en jaren mn vader ophalen VÓÓR het avondeten..ook kwamen wij daar veel als kind in koekenbier. Dat was in de jaren 70/ 80 .wij woonden toen in de RUSTENBURGER STRAAT 302, en mn vader heete Henk Hartog en mn moeder Beppie Rooth..was een mooie fijne tijd als kind zijnde..ik ben laats nog inn oude buurt geweest, ook cafe koekenbier was weg. Naar gezicht omdat mn herinneringen erin zaten..nu woon ik in kampen en ben al 60 jaar..ppffff
BeantwoordenVerwijderenEen oude buurt opzoeken is altijd een desillusie. Koekenbier werd al zo'n vijf jaar geleden gekocht door jonkies die er een hele verbouwing van hebben gemaakt, meer restaurant. Dan ook voor jonkies die wij zelf ook geweest zijn.
VerwijderenHenk Hartog
BeantwoordenVerwijderenIk zoek oude foto,s van cafe koekenbier...heeft u ze over ? Wilt u ze sturen naar mn emal , wat betrefd mn vader henk hartog, was vaste stamgast in deze cafe...dank u.
Vijfmeiden@hotmail.com
Foto's bezit ik niet. De naam komt me bekend voor, uit de tijd 64-71?
VerwijderenFoto van Gerard Koekenbier in het weblog gezet.
VerwijderenAardig veel contact had ik met een vriendelijke jongeman. Hij werkte als monteur op Schiphol aan de vliegtuigmotoren. "Is dat niet gevaarlijk?", vroeg ik hem. Maar het antwoord was helemaal niet.
BeantwoordenVerwijderenIk sprak met hem over de Hondabromfiets waarvan het stuur schijnbaar los zat. Hij bood me aan in de avond naar zijn woning te komen, de Korte Amstelstraat of Nieuwe Achtergracht.
Hij schroefde het stuur vast, maar niet voor lang, het was gewoon een constructiefout van Honda,
Zijn vrouw had een bipolaire stoornis, voor hem een zwaar probleem.
Ik herinner me: Edward Pelsma, Louis zum Vörde sive Vörding (St.-Ignatiuscollege), A. Schouten (kwam ook in eetcafé De Klos, Jaques, Lodewijk. Leden van het Nederlands Blazersensemble.
BeantwoordenVerwijderenOoit zat er een oudere vrouw die mij met holle ogen aanstaarde en met krachtige stem zeide: "Jij bent géén genie!"
BeantwoordenVerwijderenNiet zo leuk, de andere bezoekers zouden wat van je kunnen denken...
Foto van Gerard Koekenbier in het weblog geplaatst.
BeantwoordenVerwijderenDe siersteentjes van het buffet waren weliswaar schilderachtig doch verzamelden vuil jarenlang tussen het cement. Op een gegeven moment werd het door de horeca-controle verboden. Er kwam een metalen buffet. Verteld werd dat tijdens de afbraak de stank niet te harden was...
BeantwoordenVerwijderenPhilip Mechanicus 1936-2005.
BeantwoordenVerwijderenEen puur Joodse familie! Zijn vader Philip overleed 1944 te K.Z. Auschwitz, zijn oom Benjamin heeft overleefd.
BeantwoordenVerwijderenEen zeeman met schorre stem, voer op de tankvaart. "De ongelukken (in die tijd) zijn louter te wijten aan incompetentie", beweerde hij. Moest niets van Joden hebben. Hij dronk veel bier, zat altijd in de hoek. Totdat hij werderom ging varen.
BeantwoordenVerwijderenSnap ik niet.
BeantwoordenVerwijderenDeze reactie is verwijderd door de auteur.
BeantwoordenVerwijderen